Herkulosche Esch
Jan van Arkelweg Zwolle
Geen status
Opdrachtgever
Particulier
Uitvoering
Startnotitie (2011)
Cultuurhistorisch onderzoek: verhaal van de plek (2011)
Architectuur- en tuinhistorisch onderzoek: gezicht van de plek (2011).
Visiedocument (2012)
Schetsontwerp (2012): Margreeth Bangert
Team
Friso Woudstra Architecten
Engbers Bosbeheer (flora en fauna)
Hazenberg AMZ (archeologie)
Infinite Variety Golf (schortgolf-ontwerp)
Shortgolf Design
Gelegen ten zuiden van de bebouwde kom van Zwolle, langs de verbindingsweg met Deventer, ligt een open agrarisch landschap. Tussen de bebouwing en dit open gebied bevindt zich een klein bosje, het Bikkenrader bos. In de negentiende eeuw bevond zich hier een gelijknamige buitenplaats.
Meteen ten zuiden van het Bikkenrader bos willen de opdrachtgevers een nieuw landgoed met een oppervlakte van ruim tien hectare oprichten. Dit landgoed krijgt de naam Herkulosche Esch. Hiermee wordt gerefereerd aan het toponiem waarmee deze omgeving op historisch kaartmateriaal wordt aangeduid. Met de ontwikkeling van een nieuw landgoed sluiten de opdrachtgevers aan op een lange traditie van landgoederen die in deze omgeving aanwezig is: ten oosten van Zwolle bevond zich een groot aantal buitenplaatsen en havezaten. Een groot deel van deze huizen is vandaag de dag nog aanwezig en geeft een beeld van de allure die deze omgeving in het verleden had. Ook de locatie van de Herkulosche Esch neemt een plaats in in de geschiedenis van de Sallandse landgoederen. Een gedeelte van het projectgebied is in het verleden al onderdeel geweest van een buitenplaats/havezate. De opdrachtgevers willen zich bij de ontwikkeling van hun landgoed laten inspireren door de geschiedenis van de locatie en de typologie van de historische landgoederen. Vanwege hun grote ervaring zijn Friso Woudstra Architecten uitgenodigd voor het project Herkulosche Esch. Res nova Monumenten heeft onderzoek verricht naar de historie van de projectlocatie en de typologie van het Sallandse landgoed. In het deelrapport Verhaal van de plek (cultuurhistorische, landschappelijke en geomorfologische analyse) is ruim aandacht besteed aan het eerste van de genoemde aspecten: de geschiedenis van de locatie. In het tweede deelrapport, het Gezicht van de plek (typologisch onderzoek) en in de 2012 opgestelde notitie Vergelijking met andere landgoederen wordt de opzet en verschijningsvorm van de streekeigen landgoederen beschreven. Hierbij is niet alleen naar de landhuizen gekeken, maar is ook de architectuur van de bijgebouwen en de opzet van de parktuinen meegenomen.
Verhaal van de plek
In het deelrapport Verhaal van de plek, wordt op basis van cartografisch onderzoek, aangevuld door andere bronnen, een duidelijk beeld geschetst van de ontwikkelingsgeschiedenis van de locatie. Een groot deel van het terrein van het nieuwe landgoed maakte tot het midden van de negentiende eeuw deel uit van de havezate Zuthem om vervolgens te worden opgenomen in de buitenplaats Bikkenrade. Hoewel enige herinnering aan dit ‘rijke’ verleden is verdwenen, vormt het wel een uitgesproken uitgangspunt om op deze locatie wederom een landgoed aan te leggen. De voormalige aanwezigheid van een klein bosje op de locatie, eerst gebruikt als hakhoutbos, later als onderdeel van een buitenplaats, vormt daarbij een bijzonder aanknopingspunt om bij de invulling van het terrein in een landschappelijke stijl aan te refereren.
Gezicht van de plek
In het deelrapport Gezicht van de plek is ingegaan op zowel de verschillende soorten karakteristieke Sallandse bouwtypen (havezate, zeventiende-eeuwse landhuis en achtiende-eeuwse landhuis met flankerende bouwhuizen, karakteristieke bijgebouwen zoals de tuinmanswoning, de oranjerie en kassen) als van de typologie van de Sallandse parkaanleg geeft ruim voldoende handvatten voor de inrichting van het nieuwe landgoed Herkulosche Esch. Gekoppeld met de resultaten van het Verhaal van de plek kan op een historisch verantwoorde wijze voldoende handen en voeten worden gegeven aan de ontwikkeling van een nieuw landgoed op deze locatie. Hiermee sluiten de opdrachtgevers aan op een lange traditie van landgoederen die in deze omgeving aanwezig was.
Visiedocument
Aan de hand van de bevindingen uit het Gezicht van de plek en het Verhaal van de plek is een visiedocument voor de Herkulosche Esch opgesteld. Hierbij zijn verder het wensenpakket van de initiatiefnemers en de voorwaarden van de gemeente en ook de resultaten van de ecologische onderbouwing, de Effectenindicatie Flora- en faunawet, de Toetsing Flora- en faunawet en het archeologisch onderzoek opgenomen. Daarnaast is bij het opstellen van de visie voor het landgoed, vanwege de wens van de opdrachtgever een golftuin (shortgolf) in te bedden in het landschappelijke parkontwerp van Herkulosche Esch, de expertise van de advies- en ontwerpbureaus Infinite Variety Golf en Shortgolf Design aangetrokken. Op basis van dit visiedocument is door Margreeth Bangert (in samenwerking met Infinite Variety Golf) een schetsontwerp voor de landgoedinrichting opgesteld en heeft Friso Woudstra de ontwerpen voor een landhuis en enkele op de historische typologie gebaseerde bijgebouwen getekend.
Geschiedenis van de locatie
Het projectgebied krijgt de naam Herkulosche Esch. Deze naam verwijst naar de eeuwenoude es die op een groot deel van de locatie aanwezig was en die als zodanig op historisch kaartmateriaal zichtbaar is. Op historische kaarten zien we duidelijk de kern Herkulo liggen met daaromheen de gronden met elk een apart gebruik. Ten zuiden van de kern liggen de hooilanden, terwijl langs de IJssel, aan de buitenzijde van de dijk de Buitenlanden liggen.Op de hoger gelegen gronden zien we de es (Den Esch), een groot gebied dat als akkerland in gebruik was en dat gezamenlijk werd bewerkt (akkers waren individueel eigendom). Aan de rand van de es zien we enkele bomenrijen staan (houtwallen). Dit kan erop duiden dat hier ook individuele kampen lagen. Zoals uit het cartografisch onderzoek blijkt, maakte een gedeelte van het projectgebied onderdeel uit van de havezate Zuthem en vormde dit een apart deel van de akkergronden.
Havezate Zuthem
Uit een overzichtskaartje van de goederen van de havezate Zuthem blijkt dat een groot deel van het terrein van de Herkulosche Esch tot ongeveer het midden van de negentiende eeuw deel uitmaakte van deze havezate. Dit bezit ter plekke van de projectlocatie bestond uit het perceel hakhout en enkele omliggende wei- en bouwlanden, waaronder een kampje. Het betrof hier dus economische gronden van de havezate. Zuthem had in de negentiende eeuw een bescheiden bezit, maar gold in de zeventiende eeuw als één van de grootste havezaten van Overijssel. Tegen het eind van de zeventiende eeuw liet de toenmalige eigenaar, Adolf Werner van Pallandt een nieuw huis bouwen. Dit huis, opgetrokken in de destijds overheersende Hollands classicistische stijl, die door Philips Vingboons werd toegepast, is in 1730 opgetekend door Abraham de Haen. Aan de overzijde van de straat werd een lang grand canal aangelegd. Het huis werd uiteindelijk onder eigendom van jonkheer A.C.W. van Haersolte tot den Doorn in 1821 afgebroken en in 1916 werd de havezate verkocht aan een bouwkundige en was het dus niet meer in adellijk bezit. Vandaag de dag resteert alleen nog een van de bouwhuizen. Deze doet nu dienst als bijgebouw van een boerderij. Het grand canal is gedegradeerd tot een sloot.
Buitenplaats Bikkenrade
Omstreeks 1840 werd in het dennenbosje ten noorden van het terrein van de Herkulosche Esch een buitenplaats opgericht. Het bosje waarin het buiten, genaamd Bikkenrade, was gelegen werd herontwikkeld als parkbos. Een groot deel van de dennenbomen maakte hierbij plaats voor loofbomen. Het terrein ten zuiden van de buitenplaats veranderde gelijktijdig met de bouw van de buitenplaats van opzet. Hoewel er in het kader van dit onderzoek geen bronnen zijn gevonden die informatie verschaffen over het oppervlak van Bikkenrade, is het zeer waarschijnlijk dat de eigenaar, Jan Asman uit Zwolle, de gronden van de familie van Haersolte tot den Doorn had aangekocht. Het perceel hakhout lijkt te zijn verworden tot een wandelbos, waardoor men vanaf het huis naar een heuvel kon lopen die ten zuiden van het hakhoutbosje werd opgeworpen. Vermoedelijk was deze heuvel bedoeld als uitkijkpunt. In de loop van de negentiende eeuw zien we dat de opzet van de buitenplaats regelmatig verandert: het voormalige bosje wordt steeds kleiner. Het exacte jaartal waarin de buitenplaats wordt opgeheven, het huis wordt afgebroken en de parktuin verdwijnt, is onbekend maar zal in het Interbellum hebben plaatsgevonden. Van de oorspronkelijke buitenplaats resteert alleen nog een tweetal hekpijlers aan het begin van de oprijlaan van de in de jaren dertig opgerichte boerderij Bikkenrade.